Opdracht 4b: vijf zuilen

Zuil 1: Geloofsbelijdenis (Shahadah)

“Er is geen andere god dan Allah en Mohammed is zijn boodschapper”.

De meeste baby’s krijgen bij hun geboorte de Shahadah in het ene oor gefluisterd; in het andere wordt de azan gefluisterd

 

Zuil 2: Gebed (Salat)

Moslims zijn verplicht vijf keer per dag de Salat te verrichten. Vóór elke Salat moet een moslim zich ritueel wassen.

 

Zuil 3: Geld aan de armen (Zakat)

Het woord Zakat betekent “reiniging” in de vorm van verplichte donaties aan de armen om betere goederenverdeling te krijgen.

 

Zuil 4: Ramadan (Saum) 

Saum is de negende maand van de islamitische maankalender. Waarbij er gevast wordt tussen zonsopgang en zonsondergang.

 

Zuil 5: Pelgrimstocht (Hadj)

De Hadj is de pelgrimstocht naar Mekka. De Hadj is verplicht voor alle gezonde, volwassen moslims die genoeg geld hebben om er naartoe te gaan.

Maak jouw eigen website met JouwWeb